voor - wat
- voor
- voor 't eerst verschijnen
- voor (het oog van) de wereld
- vóór (het/de) donker thuis zijn
- voor (lekkere) hapjes zorgen
- voor aap staan
- voor advocaat studeren
- voor afbraak verkopen
- voor afleiding zorgen
- voor afschrift getekend door
- voor afschrijving op de machines
- voor al het werk opdraaien
- voor algemeen gebruik
- voor algemeen profijt
- voor alle leeftijden
- voor alle partijen verbindend
- voor alle zekerheid
- voor alle/velerlei doeleinden geschikt
- voor allen die het aangaat
- vóór alles
- voor als er iets gebeurt
- voor anker komen/gaan
- voor anker liggen
- voor apotheker studeren
- voor bevordering in aanmerking komen
- voor Christus
- voor consumptieve doeleinden
- voor dag en dauw
- voor dag en dauw op zijn/opstaan
- voor dagelijks gebruik
- voor dat proefwerk kreeg hij een zes
- voor de afwisseling
- voor de broek/op zijn broek krijgen
- voor de dag ermee!
- voor de dag halen
- voor de dag komen
- voor de eer bedanken
- voor de elfendertigste keer
- vóór de geboorte
- voor de geest staan